Online onderzoek van Stichting OndersteBoven naar de psychosociale gezondheid van lesbische en biseksuele vrouwen in Nederland en stigmatisering
Doel van de studie. Een aantal analyses van algemene bevolkingsonderzoeken duidt erop dat de psychosociale gezondheid van lesbische en biseksuele vrouwen slechter is dan die van heteroseksuele vrouwen. Als een verklaring voor deze verschillen worden meestal sociale stressoren gezien die verbonden zijn aan de minderhedenstatus, maar een samenhang tussen gezondheid en deze factoren is nog nauwelijks aangetoond. Het doel van deze studie was daarom de psychosociale gezondheid van lesbische en biseksuele vrouwen met normgegevens van vrouwen uit de algemene bevolking te vergelijken, de mate van stigmatisering en negatieve ervaringen van lesbische en biseksuele vrouwen in kaart te brengen en te kijken naar de verbanden tussen stigmatisering en psychosociale gezondheid.
Onderzoeksgroep. Omdat het aantal lesbische en biseksuele vrouwen in de bovengenoemde bevolkingsonderzoeken naar de psychosociale gezondheid over het algemeen klein is en deze onderzoeken meestal met een andere doelstelling ontwikkeld zijn, werden de lesbische en biseksuele vrouwen voor het onderzoek van stichting OndersteBoven direct benaderd. De werving van de proefpersonen gebeurde via Hyves zoals LesbIcoon.hyves, de websites van Zij aan Zij, Femzz, FemFusion, COC, Contigo Contact, ABVAKABO FNV en via mailinglijsten. Op deze manier konden in korte tijd de gegevens van 1327 lesbische en biseksuele vrouwen uit heel Nederland verzameld worden.
Methode. De links op de aangegeven websites leidden naar een online vragenlijst. Hierin waren onder andere vragen opgenomen over depressie, angsten, slaapproblemen, woede, insufficiënt denken en wantrouwen en somatische klachten. Deze aspecten zijn gemeten met behulp van algemene vragenlijsten (SCL’ 90 en VOEG.). Voor de SCL ’90 en de VOEG is het mogelijk om een vergelijking te maken met (norm)gegevens uit een steekproef uit de Nederlandse bevolking. We hebben voor deze vergelijking alleen de normgegevens van vrouwen gebruikt.
Ervaringen met stigmatisering is in de online vragenlijst opgenomen door aan de respondenten te vragen wat voor soort vervelende gebeurtenissen zij in het laatste half jaar hebben meegemaakt die gerelateerd waren aan hun persoonlijke leefstijl of de leef- of gezinssituatie; of zij het laatste jaar negatieve reacties hebben meegemaakt vanwege hun lesbisch of biseksueel zijn en in welke situaties (onbekende op straat, uitgaansleven, et cetera) zij dit hebben meegemaakt.
Resultaten. Wanneer we psychosociale gezondheid van de 1327 lesbische en biseksuele vrouwen die hebben meegedaan aan dit onderzoek vergelijken met de normgegevens blijkt dat lesbische en biseksuele vrouwen meer psychosociale gezondheidsklachten rapporteren. Dat wil zeggen, er is bij lesbische en biseksuele vrouwen meer angst, er zijn meer depressieve gevoelens, er is meer woede, insufficiënt denken, wantrouwen, en slaapproblemen. Ook scoren zij hoger op somatische klachten. Hierbij was opmerkelijk dat vrouwen onder de 25 de meeste psychische en somatische klachten rapporteerden; en er een lichte trend is tot meer somatische klachten bij vrouwen boven de 50 jaar oud.
Tot de meest frequente vervelende gebeurtenissen die de vrouwen vanwege hun persoonlijke leefstijl of situatie hebben ervaren horen vervelende uitdrukkingen die geroepen worden, roddels en nieuwsgierige en vervelende vragen die vanuit de omgeving gesteld worden. De meeste negatieve reacties op hun lesbisch of biseksueel zijn kregen de vrouwen van onbekenden op straat, in het uitgaansleven en door collega’s (of klas- of studiegenoten).
Een grotere frequentie van stigmatiserende gebeurtenissen bleek samen te hangen met zowel de aangegeven psychische en als ook de somatische klachten van de vrouwen. Evenzo was er een samenhang te zien tussen de negatieve reacties op het lesbisch of biseksueel zijn en de psychische en somatische gezondheid. Mogelijk kunnen de effecten van stigmatisering en negatieve reacties afgemilderd worden door een coping-stijl waarbij lesbische en biseksuele vrouwen zich noch helemaal terugtrekken uit angst voor afwijzing en negatieve reacties, noch in elke situatie een confrontatie aangaan.
Conclusie. De resultaten zijn in lijn met eerder onderzoek waarin de slechtere psychosociale gezondheid van lesbische en biseksuele vrouwen in vergelijking met heteroseksuele vrouwen is aangetoond. In dit onderzoek konden de gerapporteerde klachten echter bovendien in samenhang gebracht worden met ervaringen van stigmatisering en negatieve reacties op het lesbisch of biseksueel zijn.
Jenny Ehrhardt en Henny Bos voor Stichting OndersteBoven
24 april 2009